Schilderijen

Een ontmoeting met het werk van BV wekt, naast de evidente esthetische ervaring, nieuwsgierigheid en verwondering op. 
Woorden schieten tekort, en dit gemis maakt dat de toeschouwer onderzoekt, en een simile of een volgende vertaling zoekt, via spontane associaties.
BV benoemt haar werk als coincidental art: toevalligheid en momentane intuïtieve elementen, impressies, en ingevingen geven haar werk vorm, en maken wat niet zichtbaar is, zichtbaar.
Naar mijn aanvoelen speelt de ontmoeting met haar werk zich af op dit niveau en op deze manier, het wordt een ontmoeting met de Ander, of een facet van het eigen zelf dat voor onszelf opaak is.
We zien een gelaat in een vlek, of een vlieg of een indiaan verschijnt zoals in een Rorschach-vlek. Wie zag dit gelaat of deze vlieg eerst, BV of de toeschouwer? Van wie is zij eigenlijk, of landde ze gewoon op het blad?
De bezoeker/toeschouwer of de lezer vindt een beeld, of leest zichzelf met haar hulp van lijn naar lijn naar het einde in haar poëzie.

BV's portretten zijn 'coincidental', in de zin dat zij hun oorsprong vinden in de co-incidentie van het onderbewuste van de artieste en de geportretteerde. De visuele trekken, pose, gezicht, of façade van iemand, het imago, die weet dat hij/zij bekeken wordt zijn niet terug te vinden op het canvas.

In de plaats, een compositie, of beter re-compositie van de geportretteerde, door middel van verschillende elementen die in essentie intuïtieve of associatieve vondsten zijn die voortkomen uit de onderbewuste ontmoeting tussen twee subjecten. Impressies, vorm, kleur, en soms symbolen worden zoals in een droom gecombineerd tot een abstract maar coherent geheel, vol betekenaars en betekenis, een portret, in de ware zin van het woord, dat verrast, en de nieuwsgierigheid van de geportretteerde in het eigen ongekende zelf vernieuwt.

Starend naar uzelf, niet het bekende imago zoals in een portretfoto of een selfie, maar door de ogen van de Ander, een zelf, maar dan toch gespiegeld, en een ander imago, naar Rimbaud: 'je est un autre', maar een andere ander dan verwacht.

- Johan Huybrechts: psychiater, psychoanalyticus en kunstkenner

 

Ikzelf zou mijn werk willen benoemen als coincidental art. Ik werk vooral met toeval en van daaruit ontstaan dan volledig toevallig figuren zoals een leeuwenmuil, een insect, een vis, een hoofd van een mens en nog andere figuren. Mijn laatste werk gaat over het portret van de innerlijke mens. Bij de ontmoeting en kennismaking met een persoon waarvan ik een portret maak associeer ik die persoon met kleuren, die dan op doek gebracht worden en zodoende krijgt het werk een abstracte vorm. De benadering is zoals bij poëzie. Het gaat over het onzegbare. Ik werk niet op gewone canvas, maar gebruik behandeld gekleurd linnen, kleur gekozen volgens de persoon. De keuze van bladgoud en zilver heeft een spirituele betekenis. Bij de portretten is het de bedoeling aan te sluiten bij een in zo’n snel tempo veranderende wereld waarbij de mens dreigt zichzelf te verliezen. Hij zal terug moeten zijn innerlijke waarden opzoeken en zijn innerlijke zelf vinden om te kunnen overleven. De portretten gaan daar over. Ik bewonder het werk van Christian Boltanski en Anselm Kiefer die zich ook lieten en laten inspireren door Richard Wagner wanneer het gaat over het belang van het Onbewuste, de maatschappelijke rol van de kunstenaar/kunstenares en het Gesamtkunstwerk (verschillende kunstvormen die in elkaar overvloeien).

- Bea Verhofstede